 |
|
 |
 |
 |
 |
 |
|
Het Storkterrein
is elf hectares groot, vergelijkbaar met de oppervlakte van het Museumplein.
Zeer de moeite waard om bij de openbare ruimte te betrekken. Maar
laat ook de tijd zijn werk doen. Niet alles valt te plannen en te
controleren. Een zekere anarchie in de ontwikkeling lijkt essentieel
voor dit eigenzinnige terrein in Amsterdam.
|
|
|
|
|
Menig televisiekijker heeft
een van de karakteristieke hallen van het Storkterrein wel eens gezien:
"Een steeds angstiger kijkende jongeman in het tenue van een beveiligingsbeambte
bevindt zich in een afgesloten auto die onmiskenbaar op een stootblok
afstevent. Wanhopig wacht hij tot zijn rustig in een gouden gids bladerende
collega het adres van een slotenmaker heeft kunnen vinden. Dat moment
maken we niet mee, maar onderwijl hebben we de lange wanden van het
type fabriekshal aan ons voorbij zien komen. Wanden van een hal waar
ooit scheepsmotoren werden gebouwd zijn nu achtergrond in een reclamespot."
Hiermee krijgt het Storkeiland een gezicht. Staat het terrein daarmee
ook op de mentale kaart?
De mentale kaart is een persoonlijke plattegrond. Ze geeft weer hoe
bewoners hun stad zien.
"Waar een moeder van jonge kinderen het Vondelpark waardeert om de
verschillende speelplaatsen, kan het voor homoseksuelen vooral een
gelegenheid zijn waar snel openbaar seksueel contact mogelijk is,
en voor bejaarden een plek om te mijden zodra de avond valt."
In het Vondelpark gaan Amsterdammers sporten, flaneren, zonnebaden,
mensen kijken. Ze fietsen er doorheen of skeeleren rondjes. Het Vondelpark
is dus voor zowel bewoners als bezoekers van Amsterdam een bekende
plek met allerlei uiteenlopende betekenissen.
Hoe ligt dit voor het Storkterrein? Gebieden waar mensen nooit komen
zijn blanco plekken op de mentale kaart. Ze bestaan niet in de beleving
van de stad, ze maken geen deel uit van de openbare ruimte. Ze hebben
geen imago.
Het Storkterrein bestaat alleen voor de direct betrokkenen. De huidige
gebruikers, een mengeling van creatieve, technologische en industriele
bedrijven, zijn zeer te spreken over de locatie. Met name de ambiance,
het "New York" gevoel vinden ze prettig. Behalve deze bedrijven zijn
er andere belanghebbenden, zoals buurtbewoners, gemeente, archeologen
en eigenaar IBC Vastgoed. Ze werken samen - zij het niet altijd even
soepel - om het gebied op de kaart te krijgen.
Voor de toekomst moet men nadenken over de verbindingen met de huidige
stad. Is het nodig dat het terrein bij de binnenstad wordt betrokken?
Of ontwikkelt zich dat geleidelijk, vanuit het gebruik? En hoe bepaalt
dat gebruik het ritme van het openbare leven? Is de levendigheid beperkt
tot de werkdag of strekt ze zich ook uit tot avond, nacht en weekend?
Het imago van het Storkterrein moet de kans krijgen om te groeien
vanuit het gebruik, vanuit wat er al is. Op die manier komt dit unieke
gebied geleidelijk op de mentale kaart.
-MJ
|
|
 |
|